placeholder image to represent content

1HV b4 gramm. les 1

Quiz by Muilenburg, Martine

Our brand new solo games combine with your quiz, on the same screen

Correct quiz answers unlock more play!

New Quizalize solo game modes
10 questions
Show answers
  • Q1
    Bij welk werkwoord hoort een lijdend voorwerp?: opstaan-verhuizen-bezorgen-slapen
    opstaan
    bezorgen
    verhuizen
    slapen
    30s
  • Q2
    Bij welk werkwoord hoort een lijdend voorwerp?: breken-kloppen-telefoneren- lachen
    breken
    kloppen
    telefoneren
    lachen
    30s
  • Q3
    Bij welk werkwoord hoort een lijdend voorwerp?: liggen-zwemmen-slijpen-praten
    slijpen
    praten
    liggen
    zwemmen
    30s
  • Q4
    Uit hoeveel zinsdelen bestaat deze zin?: Mijn moeder luistert heel de dag naar haar favoriete Nederlandstalige zanger.
    4
    11
    5
    3
    30s
  • Q5
    Uit hoeveel zinsdelen bestaat deze zin?: Gaan jullie de burgemeester interviewen?
    2
    5
    4
    3
    30s
  • Q6
    Uit hoeveel zinsdelen bestaat deze zin?: De receptioniste heeft het antwoordapparaat gistermiddag ingeschakeld.
    7
    3
    4
    5
    30s
  • Q7
    Uit hoeveel zinsdelen moet een basiszin bestaan met het werkwoord 'delen'?
    4
    3
    1
    2
    30s
  • Q8
    Uit hoeveel zinsdelen moet een basiszin bestaan met het werkwoord 'vertellen'?
    4
    3
    2
    1
    30s
  • Q9
    Uit hoeveel zinsdelen moet een basiszin bestaan met het werkwoord 'sturen'?
    1
    4
    3
    2
    30s
  • Q10
    Uit hoeveel zinsdelen moet een basiszin bestaan met het werkwoord 'gapen'?
    2
    3
    1
    4
    30s

Teachers give this quiz to your class