
HAVO/VWO 1 - H2 Getallen en Formules
Quiz by Tim Finders
Feel free to use or edit a copy
includes Teacher and Student dashboards
Measure skillsfrom any curriculum
Tag the questions with any skills you have. Your dashboard will track each student's mastery of each skill.
- edit the questions
- save a copy for later
- start a class game
- automatically assign follow-up activities based on students’ scores
- assign as homework
- share a link with colleagues
- print as a bubble sheet
- Q1
Bereken: 35 - 12 - (12 - 25 + - 2) - - 7
Users enter free textType an Answer30s - Q2
Bij het huren van een auto hoort de volgende woordformule:
Bedrag in euro = 120 + 60 x aantal dagen.
Hoeveel kost het om de auto 5 dagen te huren?
Users enter free textType an Answer60s - Q3
Bij het huren van een scooter hoort de volgende woordformule:
Bedrag in euro = 40 + 25 x aantal dagen.
Hoeveel kost het om voor twee weken de scooter te huren?
Users enter free textType an Answer60s - Q4
Bij het huren van een fiets hoort de volgende formule:
B = 10 + 4 x d
Met d = aantal dagen, en b = het bedrag in euro
Hoeveel kost heb om voor 4 dagen een fiets te huren?
Users enter free textType an Answer120s - Q5
Bij het huren van een appartement hoort de volgende formule:
Prijs in euro per maand = 300 + 12 x m
Met m = aantal vierkante meter woonoppervlak
Pieter huurt een appartement van 15 vierkante meter
Jochem huurt een appartement van 25 vierkante meter
Hoeveel betaald Jochem iedere maand meer dan Pieter?
Users enter free textType an Answer120s - Q6
Pieter werkt bij de supermarkt.
Om uit te rekenen hoeveel hij verdient gebruikt hij de volgende formule:
Loon in euro = 10,50 x u
Met u = aantal gewerkte uren
Pieter wil een nieuwe playstation kopen, deze kost 449 euro.
Hoeveel uur moet Pieter werken voordat hij deze kan kopen?
Users enter free textType an Answer120s