placeholder image to represent content

Zelfstandig werkwoorden en hulp werkwoorden

Quiz by Noorie Sadal

Our brand new solo games combine with your quiz, on the same screen

Correct quiz answers unlock more play!

New Quizalize solo game modes
15 questions
Show answers
  • Q1

    Wat is een zelfstandig werkwoord?

    een werkwoord die samen staat met een koppelwerkwoord. 

    een werkwoord als vorm van een zelfstandig naamwoord. 

    een werkwoord die hoort bij de persoonsvorm.

    een werkwoord die zonder hulp van andere werkwoorden in de zin kan staan.

    20s
  • Q2

    Wat is het zelfstandig werkwoord in deze zin?

    'Wie heeft dit onopvallende huis zo fraai ingericht?'

    fraai 

    ingericht 

    heeft 

    heeft ingericht

    20s
  • Q3

    Wat is een hulpwerkwoord?

    een werkwoord die hulp geeft.

    een werkwoord die niet zelfstandig  een gezegde kan vormen.

    een werkwoord die meerdere werkwoorden ondersteunen.

    20s
  • Q4

    Wat is het hulpwerkwoord in de zin?

    'Edith zat op haar zolderkamer een uiterst ingewikkelde zin te ontleden.'

    zat te ontleden 

    te ontleden

    ontleden 

    zat 

    20s
  • Q5

    Wat zijn het zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord in deze zin?

    'De wiskunde leraar kan de moeilijkste problemen uitstekend uitleggen.'

    zww: kan

    hw: uitleggen

    zww: uitleggen 

    hw: kan

    20s
  • Q6

    Hoeveel  hulpwerkwoorden kunnen in een zin staan?

    1

    1  of meer

    20s
  • Q7

    Hoe kun je een hulpwerkwoord herkennen?

    staat niet zelfstandig in de zin

    tijd en vorm veranderen en komen niet zelfstandig voor in de zin.

    tijd veranderen

    vorm veranderen

    20s
  • Q8

    Wat is het zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord in deze zin?

    'Door een hevige rukwind zijn enkele dakpannen van ons dak gewaaid.'

    zww:gewaaid

    hw: zijn

    zww: zijn

    hw: gewaaid

    20s
  • Q9

    Welke zin is correct geschreven zonder hulpwerkwoord?

    Emma gaat morgen de boeken in de boekenkast leggen. 

    Emma heeft de boeken in de boekenkast gelegd.

    Emma legt de boeken in de boekenkast.

    Emma zal de boeken in de boekenkast leggen.

    20s
  • Q10

    Welke zin is correct geschreven met hulpwerkwoord?

    De kaasboer verpakt het kaas om te leveren. 

    De  kaasboer levert het kaas af.

    De kaasboer maakt de kaas.

    De kaasboer komt langs om het kaas te leveren. 

    20s
  • Q11

    Welke zin is correct zonder zonder hulpwerkwoord.

    'Zij wil later dokter worden.'

    Zij wordt later dokter.

    Zij gaat later dokter worden. 

    Ze hoopt later dokter te worden. 

    30s
  • Q12

    Welke zin is correct met de hulpwerkwoord in een andere tijd.

    'Jan heeft cadeautjes gekocht.'

    Jan koopt straks cadeautjes.

    Jan gaat nog cadeautjes kopen.

    Jan had cadeautjes gekocht.

    30s
  • Q13

    Een zelfstandig werkwoord is werkwoord die zonder hulp van andere werkwoorden in een zin kan staan

    true
    false
    True or False
    30s
  • Q14

    Een hulpwerkwoord kan ook een koppelwerkwoord zijn.

    false
    true
    True or False
    30s
  • Q15

    Het hulpwerkwoord staat meestal voorin in de zin en het zelfstandig werkwoord achterin. 

    true
    false
    True or False
    30s

Teachers give this quiz to your class