placeholder image to represent content

Blok 6 Les 1 Differentiatie

Quiz by Sharon Mertens

Our brand new solo games combine with your quiz, on the same screen

Correct quiz answers unlock more play!

New Quizalize solo game modes
12 questions
Show answers
  • Q1

    Differentiëren betekent:

    Werken op niveau

    Het organiseren van de les

    Het aanbieden van genoeg doelmatige oefeningen

    De les intensief maken

    30s
  • Q2

    Organisatorische differentiatie is:

    Het aanpassen van de bewegingsvorm

    Het aanpassen van de organisatie

    30s
  • Q3

    Wat is GEEN voorbeeld van organisatorische differentiatie?

    Het maken van een handstand op 1 arm in plaats van 2 armen

    Sommige deelnemers springen een hurksprong over de lengte van de kast en sommige over de breedte

    Het spelen van een overtal situatie bij hockey, 3 tegen 1

    30s
  • Q4

    Waar staat BHU voor uit het BHU model?

    Bewegingsvorm, Herhalingsvorm, Uitbreidingsvorm

    Basisvorm, Herhalingsvorm, Uitbreidingsvorm

    Beginvorm, Herstelvorm, Uitbreidingsvorm

    30s
  • Q5

    Hoe kan je een bewegingsvorm inhoudelijk kunnen differentiëren?

    Door verschillende situaties te organiseren

    Door een compleet andere opdracht te bedenken

    Door de basisvorm makkelijker of moeilijker te maken

    30s
  • Q6

    De herhalingsvorm is een:

    Moeilijkere vorm

    Makkelijkere vorm

    30s
  • Q7

    De uitbreidingsvorm is een:

    Makkelijkere vorm

    Moeilijkere vorm

    30s
  • Q8

    Waarop zijn herhalingsvormen gericht?

    Deelnemers die boven het gemiddelde niveau zitten

    Deelnemers die onder het gemiddelde niveau zitten

    Deelnemers die op het gemiddelde niveau zitten

    30s
  • Q9

    De klas van Jan gaat kast springen, Jan kan dit erg goed. De lesgever biedt hem een andere vorm aan. Welke vorm is dit?

    De Herhalingsvorm

    De Uitbreidingsvorm

    De Basisvorm

    30s
  • Q10

    Welke van de onderstaande bewegingsvormen is een herhalingsvorm?

    Zweefrol

    Rol voorwaarts van stand tot stand

    Rol voorwaarts van hurkzit tot hurkzit

    30s
  • Q11

    Welke van onderstaande vormen is de basisvorm?

    Rondo waarbij het aantal balcontacten vrij is

    Rondo waarbij de bal twee keer geraakt mag worden

    Rondo waarbij de bal maar een keer geraakt mag worden

    30s
  • Q12

    Welke van onderstaande vormen is de uitbreidingsvorm?

    Elkaar de bal moeilijker aanspelen (links, rechts, hoog, laag)

    Een aangeworpen bal bovenhands terug spelen

    Beide spelers spelen elkaar bovenhands de bal toe

    30s

Teachers give this quiz to your class