placeholder image to represent content

2VM b3 sp. les 1

Quiz by Muilenburg, Martine

Our brand new solo games combine with your quiz, on the same screen

Correct quiz answers unlock more play!

New Quizalize solo game modes
12 questions
Show answers
  • Q1
    Wie wat..............., heeft wat.
    bewaar
    bewaarde
    bewaart
    bewaren
    30s
  • Q2
    Toen hij nog op kamers woonde, ................... zijn ouders altijd zijn huur.
    betaalden
    betalen
    betaald
    betaalde
    30s
  • Q3
    Voor zijn zaak .................... de ondernemer vorig kwartaal veel geld voor advertenties.
    begroot
    begrote
    begrootten
    begrootte
    30s
  • Q4
    Vorige week had ik iets te intensief ..................., wat een spierpijn!
    gesporten
    gespord
    gesport
    sport
    30s
  • Q5
    De drukke zakenman heeft zijn dochter altijd ................. met dure cadeautjes.
    verwend
    verwent
    vewend
    verwen
    30s
  • Q6
    Je hebt mij heel de dag al ......................... met die vervelende opmerkingen.
    gebeledigd
    beledigd
    beledig
    beledigt
    30s
  • Q7
    Wat is het voltooid deelwoord van het woord 'redden'?
    geret
    geredt
    verred
    gered
    30s
  • Q8
    Wat is het voltooid deelwoord van het woord 'verbreden'?
    geverbreed
    verbreet
    verbreed
    verbreedt
    30s
  • Q9
    Wat is het voltooid deelwoord van 'gebeuren'?
    gebeurdt
    gebeuren
    gebeurd
    gebeurt
    30s
  • Q10
    Wat is het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord van het woord 'verplichten'?
    verplichtte
    verplichten
    verplichtde
    verplichte
    30s
  • Q11
    Wat is het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord van het woord 'vergroten'?
    vergroten
    vergrootte
    vergroote
    vergrote
    30s
  • Q12
    Wat is het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord van het woord 'leiden'?
    geleiden
    geleidde
    geleide
    geleidte
    30s

Teachers give this quiz to your class