placeholder image to represent content

Interbellum en Tweede Wereldoorlog

Quiz by Marvin Bergen

Our brand new solo games combine with your quiz, on the same screen

Correct quiz answers unlock more play!

New Quizalize solo game modes
10 questions
Show answers
  • Q1
    Hitler kwam in 1933 aan de macht in Duitsland. Leg van elk van de volgende begrippen uit hoe hij het ‘gebruikte’ om de Duitse bevolking achter zich te krijgen. 1: De Dolkstootlegende
    Volgens de Dolkstootlegende was de legerleiding schuldig aan het verlies van de Eerste Wereldoorlog. Hitler gebruikte deze theorie om onvrede onder het Duitse volk over het bestuur aan te wakkeren.
    Volgens de Dolkstootlegende wilde de regering het leger versterken. Hitler gebruikte deze theorie om onvrede onder het Duitse volk over het bestuur aan te wakkeren.
    Volgens de Dolkstootlegende waren socialisten en democraten schuldig aan het verlies van de Eerste Wereldoorlog. Hitler gebruikte deze theorie om onvrede onder het Duitse volk over het bestuur aan te wakkeren.
    Volgens de Dolkstootlegende waren communisten en fascisten schuldig aan het verlies van de Eerste Wereldoorlog. Hitler gebruikte deze theorie om onvrede onder het Duitse volk over het bestuur aan te wakkeren.
    45s
  • Q2
    Hitler kwam in 1933 aan de macht in Duitsland. Leg van elk van de volgende begrippen uit hoe hij het ‘gebruikte’ om de Duitse bevolking achter zich te krijgen. 2: De economische crisis
    Hitler beloofde een einde aan de economische crisis te maken. Mensen zochten een sterke leider.
    Hitler nam alleen mensen in dienst die net waren ontslagen. Zo creëerde hij een groot leger.
    Hitler gaf alle inwoners van Duitsland 2000 rijksmark. Daardoor deden ze alles wat Hitler wilde.
    45s
  • Q3
    Hitler kwam in 1933 aan de macht in Duitsland. Leg van elk van de volgende begrippen uit hoe hij het ‘gebruikte’ om de Duitse bevolking achter zich te krijgen. 3: Propaganda
    Door middel van propaganda legde Hitler uit wat hoe hij Europa wilde veroveren.
    Door middel van propaganda overtuigde Hitler veel Duitsers van zijn ideologie.
    Door middel van propaganda kreeg Hitler het parlement achter zich.
    45s
  • Q4
    Een stelling luidt: ‘De economische crisis in de Verenigde Staten werd mede veroorzaakt door de Eerste Wereldoorlog.’ Leg uit dat deze stelling klopt aan de hand van duidelijke argumenten.
    Tijdens de Eerste Wereldoorlog zakte de industrie in Europa in. Amerikaanse fabriekseigenaren investeerden daarom in de industrie en ze exporteerden naar Europa. Na de oorlog trok de productie in Europa weer aan. De vraag naar Amerikaanse producten nam af. De Amerikaanse fabriekseigenaren konden hun leningen niet meer betalen. Amerikaanse banken gingen failliet.
    Tijdens de Eerste Wereldoorlog zakte de landbouw in Europa in. Amerikaanse boeren investeerden daarom in de landbouw en ze exporteerden naar Europa. Na de oorlog trok de landbouwproductie in Europa weer aan. De vraag naar Amerikaanse producten nam af. De Amerikaanse boeren konden hun leningen niet meer betalen. Amerikaanse banken gingen failliet.
    120s
  • Q5
    Bron 1 Een citaat uit Mein Kampf Indien de Jood (...) de overwinning behaalt op de volkeren dezer wereld, dan zal een krans, gevlochten uit de lijken der gehele mensheid, zijn kroon zijn; dan zal deze aarde wederom, evenals voor miljoenen jaren, van ieder menselijk leven ontdaan, zwijgend haar weg door de ether gaan. (...) Daarom is het mijn overtuiging, dat ik werk in de geest van de almachtige Schepper: want door mij te verweren tegen de Jood strijd ik voor het werk des Heren Uit: P. Morren e.a., De Tweede Wereldoorlog. Een keerpunt in de geschiedenis. (Brussel, 1985). Bron 2 Een citaat uit een toespraak van Hitler Er kan maar één bevelen. Eén beveelt en de anderen moeten gehoorzamen. Men zegt dan wel: ‘Waarom, waarom? Waarom moet ik gehoorzamen? Waarom?’ Omdat slechts op die manier iets te bereiken valt. En omdat wij mans genoeg zijn in te zien dat datgene wat noodzakelijk is, ook gebeuren moet. Lees bron 1 en 2 en beantwoord de volgende vragen. Welke bron past zowel bij het fascisme als bij het nationaalsocialisme?
    Bron 1. Bij zowel fascisme als nationaalsocialisme is er sprake van een leider (citaat: ‘Er kan maar één bevelen’).
    Bron 2. Bij zowel fascisme als nationaalsocialisme is er sprake van een leider (citaat: ‘Er kan maar één bevelen’).
    In bron 2 is sprake van antisemitisme. Dat past wel binnen het nationaalsocialisme, maar niet binnen het fascisme (citaat: ‘door mij te verweren tegen de Jood ...’).
    In bron 1 is sprake van antisemitisme. Dat past wel binnen het nationaalsocialisme, maar niet binnen het fascisme (citaat: ‘door mij te verweren tegen de Jood ...’).
    120s
  • Q6
    Bron 1 Een citaat uit Mein Kampf Indien de Jood (...) de overwinning behaalt op de volkeren dezer wereld, dan zal een krans, gevlochten uit de lijken der gehele mensheid, zijn kroon zijn; dan zal deze aarde wederom, evenals voor miljoenen jaren, van ieder menselijk leven ontdaan, zwijgend haar weg door de ether gaan. (...) Daarom is het mijn overtuiging, dat ik werk in de geest van de almachtige Schepper: want door mij te verweren tegen de Jood strijd ik voor het werk des Heren Uit: P. Morren e.a., De Tweede Wereldoorlog. Een keerpunt in de geschiedenis. (Brussel, 1985). Bron 2 Een citaat uit een toespraak van Hitler Er kan maar één bevelen. Eén beveelt en de anderen moeten gehoorzamen. Men zegt dan wel: ‘Waarom, waarom? Waarom moet ik gehoorzamen? Waarom?’ Omdat slechts op die manier iets te bereiken valt. En omdat wij mans genoeg zijn in te zien dat datgene wat noodzakelijk is, ook gebeuren moet. Lees bron 1 en 2 en beantwoord de volgende vragen. Waarom past de andere bron wel bij het nationaalsocialisme, maar niet bij het fascisme?
    Bron 2. Bij zowel fascisme als nationaalsocialisme is er sprake van een leider (citaat: ‘Er kan maar één bevelen’).
    In bron 1 is sprake van antisemitisme. Dat past wel binnen het nationaalsocialisme, maar niet binnen het fascisme (citaat: ‘door mij te verweren tegen de Jood ...’).
    In bron 2 is sprake van antisemitisme. Dat past wel binnen het nationaalsocialisme, maar niet binnen het fascisme (citaat: ‘door mij te verweren tegen de Jood ...’). (1p)
    Bron 1. Bij zowel fascisme als nationaalsocialisme is er sprake van een leider (citaat: ‘Er kan maar één bevelen’).
    120s
  • Q7
    Bron Na afloop van de conferentie van München sprak Chamberlain het Britse volk toe My good friends, for the second time in our history, a British Prime Minister has returned from Germany bringing peace with honor. I believe it is ‘peace for our time’. Go home and get a nice quiet sleep. (Vertaling: Mijn goede vrienden, voor de tweede maal in onze geschiedenis, brengt een Britse premier, bij terugkeer uit Duitsland, een eervolle vrede. Ik ben ervan overtuigd dat er sprake is van een ‘vrede voor ons tijdperk’. Gaat naar huis en slaapt gerust.) -------- Lees de bron. Leg uit dat de conferentie van München een goed voorbeeld is van de Engelse appeasementpolitiek. Doe dit door: Uit te leggen wat appeasementpolitiek inhoudt. Uit te leggen op welke wijze er tijdens de conferentie van München appeasementpolitiek werd bedreven. Verwijs in je uitleg naar de bron.
    De appeasementpolitiek is de politiek van Engeland en Frankrijk om Hitler telkens iets toe te geven, om een grote oorlog te voorkomen. Om oorlog te voorkomen gaven Engeland en Frankrijk tijdens de Conferentie van München Hitler toestemming om een deel van Oostenrijk bij Duitsland te voegen. In de bron spreekt Chamberlain ook van ‘vrede voor ons tijdperk’.
    De appeasementpolitiek is de politiek van Hitler om Frankrijk en Engeland telkens iets toe te geven, om een grote oorlog te voorkomen. Om oorlog te voorkomen gaf Duitsland tijdens de Conferentie van München Frankrijk toestemming om een deel van Tsjechoslowakije bij Frankrijk te voegen. In de bron spreekt Chamberlain ook van ‘vrede voor ons tijdperk’.
    De appeasementpolitiek is de politiek van Engeland en Frankrijk om Hitler telkens iets toe te geven, om een grote oorlog te voorkomen. Om oorlog te voorkomen gaven Engeland en Frankrijk tijdens de Conferentie van München Hitler toestemming om een deel van Polen bij Duitsland te voegen. In de bron spreekt Chamberlain ook van ‘vrede voor ons tijdperk’.
    De appeasementpolitiek is de politiek van Engeland en Frankrijk om Hitler telkens iets toe te geven, om een grote oorlog te voorkomen. Om oorlog te voorkomen gaven Engeland en Frankrijk tijdens de Conferentie van München Hitler toestemming om een deel van Tsjechoslowakije bij Duitsland te voegen. In de bron spreekt Chamberlain ook van ‘vrede voor ons tijdperk’.
    120s
  • Q8
    Bron Een toespraak van Hitler op een bijeenkomst van de Hitlerjugend Mijn Duitse jeugd! Net zoals wij hier bijeen zijn, mijn jonge kameraden, zo moet het hele volk bijeen zijn. Het is helaas niet steeds zo geweest: de mensen wilden elkaar niet begrijpen, iedereen dacht aan zichzelf, of aan zijn eigen klasse. We zijn getuige geweest van de kwalijke gevolgen van deze denk­wijze. In jullie jeugd moeten jullie behouden wat jullie bezitten: het grote gevoel van kameraadschap, het kunnen deel uitmaken van een groep. Als jullie je daaraan houden, dan zal geen enkele kracht van de hele wereld jullie dat kunnen ontnemen. Ooit zullen jullie één volk zijn, even stevig aan elkaar gesmeed als jullie nu zijn als Duitse jeugd, als onze ganse hoop, als het vertrouwen van ons volk en ons geloof. Jullie zijn onze hoop, moed en geloof van ons volk. Inderdaad mijn jongeren, jullie zijn de levende garantie voor de levende toekomst van Duitsland, dit is niet zomaar een idee, niet een lege uitspraak, niet zomaar een plan. Nee! Jullie zijn het bloed van ons bloed, het vlees van ons vlees, de geest van onze geest. Jullie vormen de voortzetting van ons volk. Moge Duitsland leven, en moge haar toekomst die in jullie leeft, geprezen worden! Duitsland! Heil! Lees de bron en beantwoord de volgende vragen. Welk kenmerk van de ideologie van het nationaalsocialisme is sterk aanwezig in deze bron? Leg je antwoord uit, gebruik hierbij een citaat uit de bron.
    Het kenmerk is de ideologie van het nationalisme. Citaat: ‘Ooit zullen jullie één volk zijn, even stevig aan elkaar gesmeed als jullie nu zijn als Duitse jeugd, als onze ganse hoop, als het vertrouwen van ons volk en ons geloof.’
    Het kenmerk is de ideologie van het socialisme. Citaat: ‘In jullie jeugd moeten jullie behouden wat jullie bezitten: het grote gevoel van kameraadschap, het kunnen deel uitmaken van een groep. Als jullie je daaraan houden, dan zal geen enkele kracht van de hele wereld jullie dat kunnen ontnemen.’
    Het kenmerk is de ideologie van het nationaal-socialisme. Citaat: ‘Jullie zijn het bloed van ons bloed, het vlees van ons vlees, de geest van onze geest. Jullie vormen de voortzetting van ons volk.’
    120s
  • Q9
    Bron Een toespraak van Hitler op een bijeenkomst van de Hitlerjugend Mijn Duitse jeugd! Net zoals wij hier bijeen zijn, mijn jonge kameraden, zo moet het hele volk bijeen zijn. Het is helaas niet steeds zo geweest: de mensen wilden elkaar niet begrijpen, iedereen dacht aan zichzelf, of aan zijn eigen klasse. We zijn getuige geweest van de kwalijke gevolgen van deze denk­wijze. In jullie jeugd moeten jullie behouden wat jullie bezitten: het grote gevoel van kameraadschap, het kunnen deel uitmaken van een groep. Als jullie je daaraan houden, dan zal geen enkele kracht van de hele wereld jullie dat kunnen ontnemen. Ooit zullen jullie één volk zijn, even stevig aan elkaar gesmeed als jullie nu zijn als Duitse jeugd, als onze ganse hoop, als het vertrouwen van ons volk en ons geloof. Jullie zijn onze hoop, moed en geloof van ons volk. Inderdaad mijn jongeren, jullie zijn de levende garantie voor de levende toekomst van Duitsland, dit is niet zomaar een idee, niet een lege uitspraak, niet zomaar een plan. Nee! Jullie zijn het bloed van ons bloed, het vlees van ons vlees, de geest van onze geest. Jullie vormen de voortzetting van ons volk. Moge Duitsland leven, en moge haar toekomst die in jullie leeft, geprezen worden! Duitsland! Heil! Lees de bron en beantwoord de volgende vragen. De Hitlerjugend was een van de manieren waarmee Hitler het totalitarisme in Duitsland doorvoerde. Leg dit uit.
    Totalitarisme houdt in dat de politie het totale doen en laten van inwoners bepaalt. In de Hitlerjugend werd de jeugd overtuigd van de nazi-ideologie. Zo bepaalde de politie hoe de jongeren dachten.
    Totalitarisme houdt in dat de staat het totale doen en laten van de regering bepaalt. In de Hitlerjugend werd de jeugd overtuigd van de nazi-ideologie. Zo bepaalde Hitler hoe de regering dacht.
    Totalitarisme houdt in dat de staat het totale doen en laten van inwoners bepaalt. In de Hitlerjugend werd de jeugd overtuigd van de nazi-ideologie. Zo bepaalde Hitler hoe de jongeren dachten.
    120s
  • Q10
    Bron Een toespraak van Hitler op een bijeenkomst van de Hitlerjugend Mijn Duitse jeugd! Net zoals wij hier bijeen zijn, mijn jonge kameraden, zo moet het hele volk bijeen zijn. Het is helaas niet steeds zo geweest: de mensen wilden elkaar niet begrijpen, iedereen dacht aan zichzelf, of aan zijn eigen klasse. We zijn getuige geweest van de kwalijke gevolgen van deze denk­wijze. In jullie jeugd moeten jullie behouden wat jullie bezitten: het grote gevoel van kameraadschap, het kunnen deel uitmaken van een groep. Als jullie je daaraan houden, dan zal geen enkele kracht van de hele wereld jullie dat kunnen ontnemen. Ooit zullen jullie één volk zijn, even stevig aan elkaar gesmeed als jullie nu zijn als Duitse jeugd, als onze ganse hoop, als het vertrouwen van ons volk en ons geloof. Jullie zijn onze hoop, moed en geloof van ons volk. Inderdaad mijn jongeren, jullie zijn de levende garantie voor de levende toekomst van Duitsland, dit is niet zomaar een idee, niet een lege uitspraak, niet zomaar een plan. Nee! Jullie zijn het bloed van ons bloed, het vlees van ons vlees, de geest van onze geest. Jullie vormen de voortzetting van ons volk. Moge Duitsland leven, en moge haar toekomst die in jullie leeft, geprezen worden! Duitsland! Heil! Lees de bron en beantwoord de volgende vragen. Noem nog enkele manieren waarop Hitler het totalitarisme doorvoerde.
    TV-documentaires, Hitlerjugend, speeches, enzovoort.
    Censuur, films die de Duitse geschiedenis ophemelden, schoolboeken werden herschreven, enzovoort.
    120s

Teachers give this quiz to your class